Gemiddelde leestijd voor dit bericht is 86 seconden

Cursisten in trainingUit online onderzoek van ROVC blijkt dat ruim één derde (37%) van de respondenten vindt dat een monteur niet in het bezit hoeft te zijn van een mbo-diploma om zijn vakmanschap te bewijzen. De overige 63 procent is het daar niet mee eens en hecht meer waarde aan het officiële papiertje. Vaak wordt de keuze van een opleiding voor een monteur beredeneerd vanuit het vereiste (v)mbo-niveau. Hierdoor worden echter kostbare opleidingsuren besteed aan vaardigheden die ondergeschikt zijn aan technische skills.

De kwalificaties waarop een mbo’er zijn diploma behaalt, zijn voor een deel gebaseerd op de beheersing van bijvoorbeeld Engels en rekenen. Deze kwalificaties zeggen echter niets over de technische vaardigheden die de monteur nodig heeft om zijn vak optimaal te kunnen uitoefenen. Soms is het logischer om te kiezen voor een beroepsopleiding, waarbij het traject is opgebouwd uit meerdere (korte) technische cursussen op het juiste niveau. Overbodige ballast in de opleiding wordt hiermee voorkomen, omdat een theoretisch vak als Engels niet aan bod komt. Dit komt ten goede aan een optimaal opleidingsrendement.

John Huizing, algemeen directeur van ROVC: “Als werkgever zou het mij eigenlijk niets uitmaken of een techneut wel of geen mbo-diploma op zak heeft. Het gaat er in de praktijk om of hij die skills in huis heeft die hem een goede monteur maken. Denk in termen van deze vaardigheden en niet in termen van een door de minister vastgelegd mbo-niveau. Kennis van bijvoorbeeld de Engelse taal is ondergeschikt aan een technisch inhoudelijk vak. Schrap de ballast van theorie en zorg dat technici alleen dat leren wat echt nodig is. Dat motiveert niet alleen de cursist, maar zorgt ook nog eens voor een optimaal rendement van de opleiding.”

Voor meer informatie: www.rovc.nl