Gemiddelde leestijd voor dit bericht is 93 seconden

Zo vlak voor de feestdagen neemt het stressniveau van Karel behoorlijk toe. Mevrouw Karel heeft inmiddels al 4x het complete kerstdiner veranderd (waar ze al sinds half november mee bezig is); de kerstboom is al 3x naar een ‘nog betere’ plek verhuisd; de enorme lading kerstlampjes in en om zijn huis zorgt er gemiddeld 2x per dag voor dat de stroom eruit klapt; en als kers op de taart heeft dochterlief besloten om op aanraden van haar inmiddels door de Kareltjes omarmde vriendin spontaan vegetariër te worden (dus dat er vooral geen vlees op het kerstmenu staat, want dat was zo zielig voor de dieren), zodat mevrouw Karel voor de vijfde keer het kerstmenu kon aanpassen, daarbij haar frustratie afreagerend op haar hardwerkende man.

Kortom, Karel was al dat gezeik wel een beetje zat. Gelukkig kon hij de ‘gezellige kerstsfeer’ thuis verlaten om naar een spoedklus te gaan: een lekkend urinoir. De klant in kwestie, uitbater van een kartcentrum, bleek net zo lekker in zijn vel te zitten als Karel, waardoor de twee binnen no time woorden kregen over de toedracht van de lekkage. De klant gaf Karel de schuld en uiteraard dacht Karel hier totaal anders over. Bovendien, zo zag Karel, lekte het toilet helemaal niet zo hard als de klant had doen voorkomen en wilde Karel eigenlijk al weer vertrekken. “Dit is helemaal geen spoedklus”, beet hij de klant toe. Die nam daar echter geen genoegen mee en eiste dat Karel direct voor een oplossing zou zorgen.

Onze gestresste klusser voelde zich voor het blok gezet en zei dat hij het dan wel even snel zou oplossen. En ja hoor, binnen 1 minuut was het lek geklaard. Snel stapte hij in zijn auto en reed weg. ‘In het nieuwe jaar maak ik die klus wel goed in orde. Voor nu is het probleem even netjes opgelost. Dat gezeik allemaal.’