Gemiddelde leestijd voor dit bericht is 156 seconden

De komende jaren staat de Provincie Utrecht voor een grote woningbouwopgave. Het aantal huishoudens in de Provincie neemt fors toe. Tot 2040 moeten nog ruim 120.000 woningen in de Provincie worden gebouwd. Bouwend Nederland Regio Randstad Noord heeft alle 27 collegeprogramma’s in de Provincie Utrecht op een aantal punten doorgelicht en bekeken in hoeverre deze programma’s voorzien in de behoefte aan woningen.

“De conclusie moet getrokken worden dat de afzonderlijke gemeenten tal van beleidsvoornemens hebben geformuleerd over CPO (6) , starterswoningen (13), startersleningen (5), seniorenhuisvesting en ‘ouderen en zorg’ (17), levensloop bestendig bouwen (12) en meer betaalbare woningen (7)” aldus Jan Overtoom, regiomanager Bouwend Nederland regio Randstad Noord. “Ook is er veel aandacht voor herbestemming van leegstaande kantoren. Deze zouden omgebouwd moeten worden tot starterswoningen of studentenhuisvesting. Veel wordt geschreven over binnenstedelijk bouwen. Uitleglocaties worden echter niet benoemd.”

“In slechts twee collegeprogramma’s worden concreet aantallen nieuwbouwwoningen genoemd. Om de ambitieuze binnenstedelijke plannen te realiseren, zal volgens Bouwend Nederland de grondprijs verlaagd moeten worden. In de programma’s staan echter geen concrete voornemens om grondprijzen te verlagen, dat is jammer.”

Enkele gemeenten willen een vast percentage vasthouden voor de realisatie van sociale woningbouw. Ook heeft een aantal gemeenten voor de komende periode nieuwe woningmarktonderzoeken of woonvisies in de planning: Leusden, Montfoort, Lopik, Nieuwegein, Oudewater, Renswoude, Rhenen, Wijk bij Duurstede en Woerden. Het wachten is op de uitkomsten daarvan.

Een greep uit de collegeprogramma’s:

•             Amersfoort wil studenten huisvesten in leegstaande panden.

•             De Bilt is terughoudend met betrekking tot nieuwbouw en wil zo veel als mogelijk gebruikmaken van bestaande gebouwen.

•             Eemnes ziet kansen voor zelfzorg-bouwplannen voor mensen tussen 40 en 80 die voor elkaar kunnen zorgen.

•             Nieuwegein spreekt corporaties en andere partijen aan op voldoende betaalbare woningen.

•             Oudewater kiest voor generatiewoningen.

•             Utrecht kiest voor meer middeldure huur- en koopwoningen en een aanpassing van de erfpachtsystematiek; aanvullende woningbouw moet binnen de stadsgrenzen gerealiseerd worden.

•             Vianen wil doorgroeien naar 21.000 inwoners en zal dus moeten bouwen

De conclusie is dat de gemeenten te weinig over de grenzen kijken en geen samenwerking zoeken met buurgemeenten en de Provincie. “Slechts één gemeente spreekt over een afstemming met buurgemeenten over sociale huur. Andere gemeenten zitten op een eilandje. Het totaal van de plannen geeft geen oplossing voor het totale woningmarktprobleem (120k tot 2040)”, aldus Overtoom. “De behoefte aan woningen is zo groot dat niet volstaan kan worden met binnenstedelijk bouwen. De kosten hiervan zijn hoog, nog los van het feit dat dit vaak niet strookt met de woonwensen van de inwoners. De kosten zouden verlaagd kunnen worden door de grondprijs te verlagen, maar daarover is weinig terug te vinden in de collegeprogramma’s. Veel gemeenten zien mogelijkheden in het transformeren van bestaande gebouwen (veelal kantoren) tot woningen. Dit is een loffelijk streven, echter uit onderzoek blijkt dat het aantal woningen dat hiermee gerealiseerd kan worden zeer gering is en dus niet meer dan een druppel op de gloeiende plaat.”

Met het oog op de langere termijn zal dan ook gekeken moeten worden naar nieuwe woningbouwlocaties, zoals Rijnenburg. Deze zouden nu al in de planvorming moeten worden opgenomen, zodat een duurzame ontwikkeling in overleg met alle betrokken partijen nu al vorm krijgt.

Voor meer informatie: www.bouwendnederland.nl