Karel vierde deze zomer zijn vakantie in hintergarden, jardin du maison en a la patio interior (de achtertuin dus). De laatste twee dagen van zijn vakantie was het weer omgeslagen, had hij alle boeken uitgelezen en was hij het zat om op de bovenlip van zijn vrouw te zitten. Nooit was hij zo gelukkig geweest met een klant  die in paniek opbelde omdat zijn ketel was overleden. Hij ging direct met een splinternieuwe ketel in zijn bus op weg. Zijn handen jeukten.

De technische ruimte annex voorraadkast die hij terplekke aantrof, viel in de categorie chaos. Karel moest hink-stap over van alles en nog wat springen om bij de defecte ketel te komen. Na drie mislukte pogingen (op school was gymnastiek zijn minste vak) vond Karel het wel welletjes. Hij verzocht de klant alle spullen uit de ruimte te verwijderen; kon hij nog snel even langs de groothandel voor een nieuwe rookgasafvoer. Bij het weggaan beloofde hij de klant de voorraadkast straks tot een next-level opberghok om te toveren.

Eenmaal terug trof hij een compleet lege ruimte aan en was het een fluitje van een cent om de ketel te vervangen, zodat Karel genoeg tijd over had om de opbergkast eens goed aan te pakken. Als een superklusser, waar ze bij Eigen huis en Tuin nog een puntje aan kunnen zuigen, wist hij in no-time een fantastische opbergkast te creëren. Chaos had plaatsgemaakt voor ordentelijkheid en de klant vond het daarom geen enkel probleem om Karels extra kosten te betalen.

Dat het vakkundig stukje timmerwerk ervoor had gezorgd dat de ketel niet meer toegankelijk is voor onderhoud, was voor latere zorg. Moderne ketels vallen toch nauwelijks meer in storing.