Gemiddelde leestijd voor dit bericht is 124 seconden

Uneto-VNI heeft in een brief aan minister Wiebes van Economische zaken en Klimaat gereageerd op energiebesparingsverplichtingen waaraan bedrijven moeten voldoen volgens de Wet milieubeheer. De minister heeft de lijsten met erkende maatregelen die bedrijven moeten nemen in het kader van deze wet aangepast. Uneto-VNI vindt onder meer dat er weinig samenhang is in de nieuw gepresenteerde lijst. Daarnaast zet de installatiekoepel vraagtekens bij de opname op de lijst van lucht/waterwarmtepompen.

In de brief wijst voorzitter Doekle Terpstra van Uneto-VNI erop dat het belangrijk is om de maatregelenlijsten te actualiseren, maar tegelijkertijd constateert hij dat dit ten koste gaat van de overzichtelijkheid. Terpstra: “We roepen de minister op om de lijsten compact te houden. Dat betekent het maken van duidelijke keuzes; het energiezuiniger maken van grotere gebouwinstallaties en van bedrijfsprocessen is relevanter dan het verduurzamen van elektrische zitkussens in kantoortuinen.”

Warmtepompen
Uneto-VNI vindt plaatsing van lucht/waterwarmtepompen op de erkende maatregelenlijst vreemd. Terpstra: “De verwachting dat deze warmtepompen een terugverdientijd hebben van vijf jaar, herkennen wij niet. Daarnaast is de toepassing van deze techniek lang niet altijd mogelijk.” Volgens de brancheorganisatie is het vaak nodig om een gebouw bouwfysisch en technisch aan te passen om toepassing van lucht/waterwarmtepompen mogelijk te maken. Deze kosten worden niet verdisconteerd maar leiden wél tot een langere terugverdientijd.

Gefaseerde energietransitie
In plaats van de verplichte inzet van warmtepompen stelt Uneto-VNI voor om bij vervanging van de stookinstallatie een minimumpercentage duurzaam opgewekt vermogen voor te schrijven. Dit voorkomt de keuze voor één techniek en over-dimensionering en draagt bij aan een gefaseerde, versnelde overgang naar duurzame warmte.

Gemeentelijke warmtevisie
In het Klimaatakkoord op hoofdlijnen is afgesproken om alle bestaande gebouwen in Nederland te verduurzamen. Gemeenten zullen wijk voor wijk kijken wat daarbij de effectiefste maatregel is. Terpstra: “Die keuze kan óók van grote invloed zijn op de energievoorziening van het lokale bedrijfsleven. Bedrijven die nu geen rekening houden met de toekomstige warmteplannen van de gemeenten kunnen in een latere fase dus met extra kosten worden geconfronteerd.”

Wet milieubeheer
De Wet milieubeheer verplicht onder andere bedrijven om energiebesparende maatregelen met een terugverdientijd tot vijf jaar door te voeren. De maatregelen die daaronder vallen staan per bedrijfstak op Erkende Maatregelenlijsten. Gemeenten moeten controleren of bedrijven binnen de gemeentegrens zich daadwerkelijk aan de afspraken houden. Bedrijven zijn verplicht om te melden welke maatregelen ze doorvoeren, gemeenten laten -vaak via omgevingsdiensten- controles uitvoeren. Omdat de sector voor duurzame en energiebesparende middelen in ontwikkeling is, is de lijst aan een update toe.