Gemiddelde leestijd voor dit bericht is 153 seconden

Vanaf halverwege 2019 mogen alleen gecertificeerde installatiebedrijven met vakbekwame installatie- en onderhoudsmonteurs nog werkzaamheden aan gasgestookte cv-installaties en warmtapwatertoestellen uitvoeren. De installatie- en onderhoudsmonteurs moeten dan aantoonbaar voldoen aan specifieke vakbekwaamheidseisen. De branchevereniging Uneto-VNI kreeg tijdens de VSK veel vragen van installateurs over de regeling en publiceerde de antwoorden op de meest gestelde vragen gisteren op haar website. Lees ze hieronder.

Gaat het om advies om wetgeving?
De regeling wordt wettelijk vastgelegd, en is dus verplicht. Er ligt een wetsvoorstel wat onder de Woningwet gaat vallen.

Persoonscertificering is straks voldoende of gaan er ook eisen voor het bedrijf gelden?
Nee, het is niet een volledige persoonscertificering. Het is voor de bedrijfsvoering wel noodzakelijk dat de medewerkers aantoonbaar vakbekwaam en bevoegd zijn. Voor het bedrijf zal de kwaliteit moeten worden geborgd via certificering.

Moet iedereen terug naar de schoolbanken?
Je moet er vanuit kunnen gaan dat medewerkers al vakbekwaam zijn. Je moet aantonen dat kennis en vakmanschap ‘tussen de oren en in de vingers’ aanwezig is. Dit kan straks via een online toetsingssysteem. Als er een kennisachterstand is, dan kan die worden weggewerkt met leermodules of cursussen. Waar en hoe deze kunnen worden gevolgd, volgt nog informatie.

Hoe kan ik aantonen dat mijn medewerkers al vakbekwaam zijn?
Dit kan straks via een gratis online toetsingssysteem. Hiermee test je of je kennis voldoet. Deze test kan achter de eigen pc, anoniem worden uitgevoerd. Daarna volgt direct een advies: óf om de kennis van bepaalde onderwerpen bij te spijkeren, óf bij voldoende kennis om de vaardigheden te laten vaststellen door deel te nemen aan een praktijkassessment. Dit kan op verschillende opleidingslocaties in het land. Hier wordt vooral gekeken naar inzicht en handelen. Bij goed resultaat ontvang je een certificaat.

Komt er één of komen er meerdere certificerende instellingen (CI)?
De nieuwe regeling introduceert naar verwachting een zogenoemd ‘kwaliteitstelsel’ waarbinnen ruimte bestaat voor meerdere CI’s.

Wat gaat het kosten en wie gaat het betalen?
De exacte kosten zijn afhankelijk van de definitieve wetgeving en de eisen die daarin worden gesteld. Intussen is Uneto-VNI al flink gevorderd met het vaststellen van de vakbekwaamheidseisen en o.a. in samenwerking met OTIB het inrichten van de toetsen en opleidingen. De branchevereniging wil dat bedrijven en hun medewerkers zo min mogelijk kwijt zijn aan de administratieve lasten en kosten door de nieuwe regeling. Dit doet ze onder andere door de vakbekwaamheidstoetsen realistisch en doelgericht op te zetten. De kosten om te voldoen aan de nieuwe wettelijke eisen zullen per bedrijf verschillen, afhankelijk van de orderportefeuille en het aantal medewerkers. Daarover komt binnenkort meer informatie beschikbaar.

Wie gaat toezien op oneerlijke concurrentie?
De overheid ziet toe op de werking van het kwaliteitstelsel. De gemeentelijke afdelingen bouw- en woningtoezicht zullen in de praktijk toezien en handhaven. De klant dient in zee te gaan met gecertificeerde bedrijven en is nalatig indien deze dat niet doet. Overtredingen door niet-gecertificeerde bedrijven zullen als economisch delict worden bestraft, de ACM gaat hierop toezien. Bij ongevallen en schade zal strafrechtelijk worden opgetreden.

Bekijk meer veel gestelde vragen en antwoorden over de wettelijke certificeringsregeling hier.