Zonder groene waterstof is het niet mogelijk om een betaalbare CO2-neutrale gebouwde omgeving te creëren. Dit concludeerden deskundigen tijdens het onlangs gehouden Smart Cities Event. Een eenzijdige keuze voor all-electric zorgt voor een te zware belasting van netwerken, die alleen te voorkomen is met onevenredig hoge investeringen in de elektrische infrastructuur. Bovendien is waterstof de enige groene energiedrager die energieopslag langer dan een week op grote schaal mogelijk maakt.

“We hebben alle duurzame energiedragers nodig, groene stroom, duurzame warmte én groene waterstof”, zei Marco Bijkerk, manager innovatieve technieken bij Remeha, tijdens het Smart Cities Event op 9 januari jl. Groene waterstof is waterstof gemaakt uit water en duurzame elektriciteit uit (offshore) windmolens of zonnepanelen, zonder CO2-emissies. Zijn verhaal werd kracht bij gezet door professor Ad van Wijk van de TU Delft. Wereldwijd ziet Van Wijk een duidelijke tendens om over te stappen op groene waterstof, waterstof dat met duurzaam opgewekte energie uit zon, wind of waterkracht wordt opgewekt. “Japan is daarin al ver gevorderd. De Olympische Spelen van 2020 zullen zij volledig met waterstof van energie voorzien; zowel de gebouwde omgeving als het transport.”

Keten voor groene waterstof bouwen
Zowel Bijkerk als Van Wijk zien ook voor Nederland goede kansen om de gebouwde omgeving met waterstof te verduurzamen. “Wij hebben een hele ruime, fijnmazige aardgasinfrastructuur die we bijna zonder aanpassingen voor waterstof kunnen gebruiken. We hebben alleen enige tijd nodig om alle technieken te vervolmaken”, zegt Bijkerk. “Daarnaast moeten we zo snel mogelijk bouwen aan een keten waarmee we groene waterstof produceren en kunnen leveren”, vindt Van Wijk.
Beide denken dat dit niet van de ene op de andere dag is gerealiseerd. Maar dat waterstof een cruciale rol gaat vervullen, daar zijn alle deskundigen het over eens. “Juist omdat waterstof een energiedrager is die je – in tegenstelling tot groene elektriciteit – eenvoudig en goedkoop kunt opslaan. Onze huidige gasinfrastructuur bezit hiervoor voldoende opslagcapaciteit. Zo kun je woningen en gebouwen ook in de nachten, op windstille dagen of in de winter van voldoende duurzame energie voorzien.”

Ondermijning van draagvlak
Als de overheid in de wijkgerichte aanpak uitsluitend all-electric of voor warmtenetten kiest, maakt ze onze energievoorziening onnodig duur, vindt professor Van Wijk. Dat ondermijnt het draagvlak bij de inwoners. “We kunnen bijvoorbeeld goedkoper slimme combinaties maken van elektrische warmtepompen waarbij waterstof cv-ketels voor de piekbelasting worden ingezet. Daarbij is een conversie van ons aardgassysteem naar een waterstofsysteem relatief eenvoudig en veel goedkoper dan verzwaring van ons elektriciteitsnet. En opslag van waterstof is bovendien ook veel goedkoper dan opslag van elektriciteit”, zegt Van Wijk.
De kostprijs van groene elektriciteit gaat volgens hem snel omlaag waardoor ook groene waterstof snel goedkoper wordt. In 2030, zo is de verwachting, zijn er al gelijkwaardige prijzen van groene waterstof ten opzichte van blauwe waterstof uit (geïmporteerd) aardgas. Van Wijk: “Wel zal ons land fors moeten investeren in grootschalige opwekking van waterstof op zee door wind of in de woestijn door de zon.”
Grijze waterstof is waterstof geproduceerd uit aardgas, waarbij de CO2 de lucht ingaat. Blauwe waterstof is waterstof uit aardgas waarbij CO2 wordt afgevangen en opgeborgen in lege gasvelden. Groene waterstof is waterstof gemaakt uit water en duurzame elektriciteit uit (offshore) windmolens of zonnepanelen, zonder CO2-emissies.

Foto: Ad van Wijk tijdens het Smart Cities Event